Je zal het maar niet hebben

Soms zou ik het voortgezet onderwijs graag over willen doen. Zeker nu de jongste werkt met een iPad op school. Wat een mogelijkheden en uitdagingen biedt die iPad, ja daar ben ik wel jaloers op. Maar één vak zou ik echt niet in de herhaling willen. Dat is Lichamelijke Opvoeding. Of zoals het vroeger, in mijn puberteit heette: gymnastiek.

In mijn tijd droegen alle leerlingen dezelfde sportkleding met het logo van de school pontificaal op de borst. Wij hadden trouwens gescheiden gymlessen, de jongens hadden een gymleraar en de meisjes, ja je snapt het. Dat is achteraf wel het minst erg geweest.Het ergst was dat ik behept ben met een vreemd gen. Het hark gen. Kort gezegd, ik was niet goed in gym.

Een eenvoudig balspel ging nog wel, alles wat meer was lukte niet. Ik was niet lenig, ik kon niet hoog springen en hard rennen ging mij ook beroerd af. In de touwen hangen of in het wandrek klimmen durfde ik niet. Ja, ik deed het wel maar het angstzweet stroomde uit elke porie. Hoogtevrees in diverse vormen brak me op.Laat ik dat erfelijke gen nu ook over hebben gegeven aan mijn zonen.

Ach, op zich niets mis mee, want ze hebben niet de ambitie om gymdocent te worden. Hoe dan ook, ik vind dat er in deze tijd veel van de kinderen gevraagd wordt op het gebied van lichamelijke opvoeding. Gekscherend vraag ik met regelmaat aan mijn jongste zoon: ‘Hoe was je Epke Zonderland niveau vandaag?’

Maar serieus, ik sta elke keer verbaasd als ik hoor wat hij tijdens de gymlessen moet doen. Zo moet hij voor een rapportcijfer onder andere een handstand kunnen doen, op de mini tramp een spreidsprong maken, een tip salto doen, touwzwaaien en touw klimmen én springen over een hoge bok.Al deze onderdelen lijken in mijn ogen verdacht veel op turnen. Leuk als je er lol in hebt, zwaar als je er niet goed in bent.

Mijn jongste zoon gaat wel eens met een angstig gemoed naar school, bang dat hij weer een van die turnoefeningen moet doen. Nou is hij niet het type dat snel opgeeft, hij durft zijn grenzen te verleggen. Best knap omdat deze vorm van gymnastiek, of beter gezegd turnen, niet bepaald in zijn genen zit.De oudste had in zijn beginjaren op het voortgezet onderwijs naar mijn idee toch wat minder Epke Zonderland achtige oefeningen.

Hoewel, ik bedenk me nu dat hij toch wel een brugoefening had, ergens in het tweede jaar. Die kennismaking was onvergetelijk voor hem en ons. Hij brak zijn arm en kon weken lang niet sporten en schrijven. Het eerste vond hij uiteraard niet zo erg, het tweede was vooral lastig. Mijn zonen zijn net als ik dus geen goede gymnastiek leerlingen, hoewel ze hun best blijven doen. Maar ach, naast school doen ze elke week aan Kempo en bij hun opa trainen ze met gewichten. Dat past beter bij hen. En ja, ze komen er wel, zelfs met het hark gen ☺.

Mary

Mijn bio op twitter is aardig volledig:
Kritisch, Nieuwsgierig, Moeder, Behulpzaam, Humor, Gehuwd, Regelaar, Spontaan, Flapuit, Creatieve geest, Ideeënbrein, Blogger, #twittertaalgids en oh ja ook nog: a-technisch ben ik.

Deel deze posts op

1 Reactie

  1. Wat een herkenbaarheid! Ik vind het belachelijk dat lichamelijke oefening (gymnastiek dus) zo zwaar mee telt. Het hark gen is een prima gen!

    Reactie toevoegen


Reactie toevoegen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

De volgende HTML tags en attributen zijn toegestaan: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>