Dat gaat mijn pet te boven

Vroeger was ik, zeker op de basisschool, best wel goed in rekenen. In taal trouwens ook. Op het gebied van knutselen was ik wat minder, maar ik wist toen al dat ik later niet iets met mijn handen wilde doen. Die basisschool was trouwens fijn overzichtelijk, zeker niet te groot.

Alles werd anders toen ik naar het voortgezet onderwijs ging. Weg was de overzichtelijkheid, weg was het kleinschalige. Ik zat op een scholengemeenschap en alleen het gebouw al leek op een fabriek. Wat was het daar groot. Daar waar ik me op de lagere school in de zesde klas een hele meid vond, voelde ik mij op die scholengemeenschap een nietig wezen.

Elke dag zeulde ik, net als mijn klasgenoten, een ouderwetse echte schooltas mee. Een zwaar beladen onooglijk geval. Later werd dat een soort boodschappentas van canvas. Al die jaren liepen wij scholieren hartstikke scheef door die tassen, rugklachten bleven niet uit.

De meeste mannelijke docenten die lesgaven liepen rond in pak en waren gemiddeld genomen toch al aardig op leeftijd. De lessen, ik denk aan wiskunde, handel, scheikunde en natuurkunde werden gegeven door een aantal van die genoemde heren.

Ik geloof dat ze vooral blind vaarden op hun lesstof dat vast elk jaar dezelfde inhoud had. Als ik zeg dat die vakken saai waren dan druk ik me nog voorzichtig uit. De lesstof werd er gewoon elke keer doorheen gejast. Tijd voor vragen was er niet. Ik weet nog goed dat de docent scheikunde tijdens bijna elke les een krant zat te lezen en tijdens de middaglessen tussendoor een tukje deed in de klas. Wij, onnozele halzen, vonden dat vreemd maar omdat deze man ook vreselijk kon uitbarsten, durfden we er niets van te zeggen.

Ik moet zeggen dat ik weinig van de lessen begreep. Nou ja, de eerste tijd kon ik de stof nog redelijk bijbenen en begrijpen maar dat werd voor mij steeds ingewikkelder. Hoeveel uur ik er thuis ook aan besteedde om die moeilijke vakken te leren voor een proefwerk, mijn cijfers waren altijd teleurstellend laag.

Of het nu kwam doordat de belegen docenten zo saai en oninspirerend lesgaven, of door mijn gebrek aan bepaalde knobbels weet ik niet. Wel weet ik dat ik op het gebied van wiskunde en andere exacte vakken een nul ben.

Daar loop ik nu nog geregeld tegenaan met mijn zonen. Vreemd genoeg is het ontbreken van een wiskundeknobbel of exacte-vakken-knobbel, niet overerfelijk gebleken. Op schooldagen hebben mijn jongens wel eens een gesprekje over die vakken. Ik sta dan te klapperen met mijn oren en sluit mij er direct voor af. Dat gaat gewoon mijn pet te boven…Maar missen doe ik het ook niet.

Mary

Mijn bio op twitter is aardig volledig:
Kritisch, Nieuwsgierig, Moeder, Behulpzaam, Humor, Gehuwd, Regelaar, Spontaan, Flapuit, Creatieve geest, Ideeënbrein, Blogger, #twittertaalgids en oh ja ook nog: a-technisch ben ik.

Deel deze posts op

6 Reacties

  1. Ik ook niet Mary heb ze allem gehad en wilde mij overal steeds houden id zelfde klas das ook gek : ) het l eerste iser op ingericht om perfecte sslaafjes van ons te maken.
    Het mooiste zal nooit uit het kind worden gehaald. En vele ouders doen dat ook niet zo merk ik helaas.
    De universiteit van het niet gemanipuleerde leven lijkt mij de mooiste opleiding waar je het meeste aan hebt! Leuke blog heb weer van je genoten #WarmHart Yvirich xx

    Reactie toevoegen


  2. Heel erg herkenbaar Mary! Het zouden mijn schooljaren hebben kunnen zijn. Inclusief dat het niet meer mogelijk is om je eigen kinderen te helpen met die vakken.

    Reactie toevoegen


  3. Tot en met zijn 18 kon ik mijn oudste zoon helpen (elektronica) en toen was voor mij ook de oven uit ,kon ook niet meer volgen ,hij moest alleen verder ,maar heeft het met bravoure afgemaakt !.

    Reactie toevoegen


  4. Mijn schooltijd was echt niet de tijd van mijn leven, sta ik nu heden ten dagen nogal op mijn eigen mening, zat die toen goed verborgen binnenin mij…ik was nogal verlegen en zeker niet de primus van de klas…opstel was een nachtmerrie, geen blad kreeg ik vol geschreven over het voorgestelde onderwerp, kort gezegd was ik blij om van school af te zijn…Men zegt soms “Moest ik mijn leven kunnen overdoen” dan zou ik deze periode anders aanpakken….voor mezelf opkomen, me meer inzetten qua studie , er er mooie tijd van maken…..”Moest ik mijn leven kunnen overdoen”….maar dat blijf natuurlijk een droom….

    Reactie toevoegen


  5. mijn schooltijd was een periode waar kennis overbrengen exclusief voorbehouden was aan
    leerlingen waarvan de ouders notabelen waren zoals dokter,dominee maar ook kolenboer
    en kruidenier bij wie de leraars op de pof kochten en dus schulden hadden.
    Mijn hoogste cijfers behaalde ik met bijbelkennis en het achteruit opzeggen van psalmen ,
    ook het opzeggen spreuken scoorde ik goed mee.
    Reken en taal hebben kunnen ontwikkelen door veel af te kijken bij kinderen die extra les kregen van leraars die er door hun ouders voor betaald werden.Ze werden zo klaargestoomd voor de universiteit,dankzij dat ze wat kleiner waren dan mij en ik goed over hun schouder
    kon meekijken, heb ik ook veel taal en rekenkundige fouten voor ze gecorrigeerd,
    zodat ze met hoge jcijfers geslaagd zijn en naar de universiteit konden
    Nog steeds heb ik met ze, inmiddels bekende Groninger contact..
    Toch kijk ik niet met plezier op mijn schooltijd terug,omdat wij niet voor ze bestonden.
    Op een jubleum foto’s staan wij met vier broertjes, twee zusjes en twee neefjes
    waarvan niet een de naam bijstaat…maar het was wel een school met de bijbel hoor…
    Ooit zei een bekend theoloog tegen mij:, zalig zijn de onwetenden,

    Reactie toevoegen


    • Was het zo erg, dat verschil in afkomst? Had trouwens ook een mooi verhaal kunnen zijn uit de categorie: De herinneringen van mijn oom.

      Reactie toevoegen


Reactie toevoegen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *